In deze serie volgen we het boek van Alexander Comrie ABV van het geloof. Vandaag ‘Aanhouden’:
‘Eén van de meest sprekende voorbeelden van ‘aanhouden’ vinden we bij de Kananese vrouw, in Matth. 15 : 22-28. Haar dochter was deerlijk door de duivel bezeten (vers 22), en dit dreef deze vrouw en dwong haar om tot Christus te gaan. Dit maakte ook dat zij bleef aanhouden. Zo is ook vandaag Gods weg nog met veel mensen. Hij laat hen eerst onder de roede van de verdrukking doorgaan, vóór Hij hen onder de lieflijke band van het verbond brengt. Ik ben van mening dat er velen zijn die langs deze weg tot God gebracht worden.
We zien hier dat zo iemand aan het roepen gaat. Deze Kananese vrouw houdt aan en roept uit: ‘Heere, Gij Zone Davids, ontferm U mijner’.
Ze komt niet als iemand die rechten heeft en op eigen verdiensten en waardigheid steunt, maar als een ellendige, als iemand met de strop om de hals, als een worm, als een zondig en nietswaardig schepsel. Zó smeekt ze om ontferming en houdt ze aan. Dat was nu werkelijk geloof, al beschouwt de ziel van een kleingelovige het dikwijls niet als geloof. Dat geloof was van dien aard dat Christus er verwonderd over was; het was een groot geloof!
Ach, kleingelovigen, ontken het werk van God dan toch niet langer. Dit aanhouden, dit komen als een hond om een kruimeltje, dat is geloof; ja, het is een groot geloof, een geloof waarover Christus verwonderd was!’